“Het mooie van dit werk zit in kleine dingen”

‘Onze cliënten ervaren onze hulp als een warm bad: ze hebben vaak al een heel traject van hulpverlening achter de rug. Het gaat om mensen met een licht verstandelijke beperking (LVB), veelal zorgmijders. Dat cliënten onze hulp prettig vinden komt doordat we hen niet overvragen: wij benaderen hen op het niveau dat ze aankunnen waardoor ze zich gauw vertrouwd voelen.’ Aan het woord is Melissa Groenen (37 jaar), senior gedifferentieerd verpleegkundige. Zij werkt als case manager bij het Forensisch FACT-team LVB van AFPN (Ambulante Forensische Psychiatrie Noord) Groningen.
Tot de kern komen
Melissa Groenen: ‘Er is veel vraag naar ondersteuning van mensen met een LVB, psychiatrische problematiek, gedragsproblematiek en een forensisch kader. Zij ervaren vaak problemen op meerdere levensgebieden, denk aan verslaving, schulden, geen werk, huisvesting, relaties, et cetera. Als team ForFACT-LVB begeleiden wij cliënten, we gaan op huisbezoek en regelen samen met de cliënt praktische zaken. Ook geven we ondersteuning en behandeling of bieden we een training aan. Alles is erop gericht om de cliënt zo goed mogelijk mee te laten doen in de maatschappij. Voorkomen van grensoverschrijdend of risicovol gedrag is een belangrijk uitgangspunt. We willen de delictrisico’s verkleinen. Mensen uit onze doelgroep ervaren veel chaos en ruis vanuit hun licht verstandelijke beperking en vanuit hun psychiatrische stoornis. Wat wij doen is die chaos en ruis proberen weg te halen door tot de kern van de persoon te komen. Agressie is bij ons ook een belangrijk aandachtspunt: wij zijn bedreven in het signaleren van agressief gedrag, het behandelen en waar nodig het begrenzen ervan. Tevens bieden wij ondersteuning aan het informele en professionele netwerk.
Vaak overvraagd
Als een cliënt bij ons is aangemeld starten we met de intakefase: we gaan bij de cliënt op huisbezoek. Eerst proberen we het contact met de cliënt op te bouwen. Cliënten zijn vaak argwanend naar hulpverleners toe, omdat ze in het verleden vaak zijn overvraagd. Als cliënten bij ons ervaren dat wij aansluiten op hun niveau en alles in hele kleine stappen doen, voelen ze zich beter begrepen. Dat is voor hen vaak wel een lastig traject, maar langzamerhand leren ze erop te vertrouwen dat wij echt luisteren en dat we persoonlijk contact maken. Geweldig aan de doelgroep vind ik dat ze gemakkelijk zeggen wat ze op het hart hebben: ze floepen het er gewoon uit. Wij investeren in het begrijpen van de cliënten, het begrijpen van hun werkelijkheid. Wij kunnen daarin echt verschil maken. Komen we bij een cliënt thuis, dan is het altijd weer afwachten wat er op dat moment speelt. Het kan zijn dat ik dingen met de cliënt ga regelen, zoals een formulier invullen voor huurtoeslag of samen een afspraak maken bij het UWV. We gaan ook in gesprek met cliënten over wat een verstandelijke beperking inhoudt, wat hun mogelijkheden zijn en hun sterke punten. Het helpt vaak om laagdrempelig het gesprek in te gaan, bijvoorbeeld door even een wandeling te maken. Dan komen de vragen of de verhalen vanzelf. Het zijn hele mooie momenten als een cliënt opeens iets uit zijn verleden vertelt of een vraag stelt over een onderwerp dat voorheen nooit besproken mocht worden. Zo vragen cliënten soms ‘Waarom ben ik dom?’ Ik leg dan uit dat ze niet dom zijn, maar dat ze meer vaardig zijn met hun handen dan met hun hoofd: ik benadruk wat ze wel kunnen.
Ook richten we ons nadrukkelijk op de omgeving van de cliënt: zo ondersteunen we allerlei ketenpartners, zoals begeleiders van een woonvorm, reclassering, huisarts, maar ook familie en andere belangrijke personen in het leven van de cliënt.
Je leert het niet uit boeken
Ik vind dit werk mooi, omdat het afwisselend is en ik met zoveel verschillende mensen contact heb: met cliënten, ketenpartners, collega’s en familie van cliënten. De uitdaging in het werk zit hem in het op dezelfde lijn krijgen van alle mensen om de cliënt heen. Wat wij bij ForFACT-LVB doen, kun je niet leren uit boeken. Ik ben er trots op dat wij het zo goed doen. We hebben veel aanmeldingen: verwijzers en mensen binnen Lentis weten ons te vinden. We hebben een hecht team, vangen elkaar op als het moeilijk is, blazen stoom met elkaar af door middel van grapjes en delen de grote en kleine gebeurtenissen en successen met elkaar. Wat ik ook fijn vind, is de steun van collega’s: als ik er doorheen zit, kan ik even spuien. Een collega toont me dan het positieve van de situatie, wat ik zelf op dat moment niet zie.
De mens zien in plaats van de cliënt
Dit werk is vaak druk en hectisch, maar dat vind ik juist leuk. Je moet snel kunnen schakelen. Bijna elke dag gebeurt er wel iets dat niet in mijn agenda staat. Elke cliënt vergt weer een totaal andere benadering dan de vorige. Mijn drijfveer is om onze cliënten zo goed mogelijk te helpen, te ondersteunen en te trainen. Ik ben veel op pad: het ambulante werk maakt dat ik mensen thuis ontmoet en ze dus heel anders meemaak dan als ze op kantoor komen. Ik zie dan de mens in plaats van de cliënt. Je moet in dit werk creatief zijn en kunnen reageren op ad-hocsituaties en crisissen. Ik kan net bij een cliënt vandaan komen die ik geholpen heb om het contact met zijn moeder te hernieuwen, dan in de auto een telefoontje krijgen dat in een andere casus de cliënt in het gesprek met de reclassering uit de bocht is gevlogen en vervolgens op kantoor een cliënt aan de lijn krijgen, die hoog in spanning zit en zichzelf iets wil aandoen. Het is mooi als je die cliënten dan door een rustig gesprek weer ruimte in het hoofd kunt laten krijgen. Dat zijn dingen die binnen een uur kunnen gebeuren en die je niet allemaal van te voren weet. Ik houd heel erg van snel reageren en oplossingen zoeken in crisissituaties. Maar het mooie in dit werk zit vooral in kleine dingen. Je moet die wel willen zien. Dat een cliënt die nooit iemand een hand wil geven, dat toch opeens doet als ik mijn hand uitsteek op mijn vijfde of zesde bezoek. Dat iemand me iets vertelt wat hij nog nooit aan iemand verteld heeft. Die kleine successen moet je koesteren.’
* Het Forensisch FACT-team (ForFACT) LVB van AFPN Groningen biedt samen met Trajectum ambulante, outreachende multidisciplinaire zorg en behandeling aan mensen met een licht verstandelijke beperking.
Dat een cliënt die nooit iemand een hand wil geven, dat toch opeens doet als ik mijn hand uitsteek op mijn vijfde of zesde bezoek. Dat iemand me iets vertelt wat hij nog nooit aan iemand verteld heeft. Die kleine successen moet je koesteren.’
Melissa
Wat is ForFACT-LVB?
Sinds april 2018 opereert – vanuit de AFPN – het forensisch FACT-team LVB (ForFACT-LVB). LVB staat voor licht verstandelijk beperkt. Het team is samengesteld uit medewerkers van AFPN (Lentis – Forint) en Trajectum. FACT is de afkorting van Flexible Assertive Community Treatment: assertive staat voor actieve, outreachende zorg, ook wel bemoeizorg genoemd: de hulpverleners trekken er op uit; community staat voor thuis, op straat, in de wijk; treatment betekent behandeling, begeleiding, ondersteuning bij herstel. De zorg is bestemd voor mensen met een lichte verstandelijke beperking die het risico lopen op het plegen van delicten of die al in aanraking zijn met justitie of reclassering. Daarnaast gaat het om mensen met een ernstige psychiatrische aandoening. Het ForFACT-LVB-team bestaat uit negen personen: vijf casemanagers, een psycholoog, een orthopedagoog, een psychiater en een verpleegkundig specialist. Melissa Groenen: ‘Dat we een samengesteld team zijn heeft meerwaarde: de medewerkers van Trajectum brengen specifieke kennis in over mensen met een licht verstandelijke beperking en de medewerkers van AFPN de kennis over psychiatrie. Dat blijkt in de praktijk erg goed te werken.’